(Vakantie)reisperikelen 2009 (Huib van Straaten)
Wat vooraf ging…

Het begint weer te kriebelen. We moeten weer op vakantie. Ik voel de noodzaak van het bijtanken van ehh..., van ehh..., van ehh…, tja van wat eigenlijk?

Ach, maak niet uit wat. Ik heb een onbedwingbare zin in vakantie en Ida gelukkig ook. Waar zullen we nu eens naar toe gaan?

Als Ida en ik over een weekje Malgrat de Mar brainstormen, komen ook de dierbare herinneringen van onze laatste vliegvakantie - de Azoren - weer levendig in mijn gedachten. De rust, het lekkere eten, de onzichtbare walvissen, de (waanzinnige) kraterwandeling en de… heenreis…!!!!

Ohh . Ohh jé!!!. Ohh néé..., dat niet meer!
Die stomme (en blijkbaar voor mij onontkoombare) vertragingen met het vliegtuig, daar erger ik mij kapot aan. De oorzaak van de laatst ervaren vliegvertraging was achteraf gezien weliswaar heel hilarisch, maar toch….
Die stomme vertragingen ben ik even spuugzat, dus voorlopig geen vliegreizen meer voor mij en zeker niet nu de laatste tijd ook nog eens veel vliegtuigen de neiging hebben om met bosjes uit de lucht te pletteren. Dus… dag Malgrat !!!

Heel democratisch, want zo ben ik nu eenmaal, besluit ik in mijn uppie dat we dit keer maar met de eigen auto (een Nissan Almera Tino) op vakantie moeten gaan. Lekker ergens in zuiden van Duitsland (Beieren), of misschien wel west Frankrijk (Bretagne). Wat voor vertraging kan ons nou overkomen met ikzelf achter het stuur? Nou? Nou?? Weinig tot niets, denk ik!


Nu nog de definitieve bestemming bepalen en dat wordt.... plotsklaps mede bepaald door het geestelijk welzijn van mijn moeder (86 jaar). Gezien haar toestand vind Ida een reis naar het (verre?) buitenland niet verantwoord, dus moet het dichter bij huis zijn.


We kiezen democratisch (dit keer echt, want het voorstel kwam van Ida) voor De Koog op Texel.

Omdat ik beslist geen kampeerman ben, valt mijn blik direct op een eenvoudig, doch simpel ingericht vakantiehuisje van Landal Beach Park op Texel, dat summier voorzien is van wat extra’s.
Bijvoorbeeld een vaatwasser (want Ida heeft ook vakantie). Maar ook een magnetron (makkelijk voor kant en klaar maaltijden, want Ida heeft vakantie), een wasmachine, een wasdroger (want Ida heeft ook vakantie) én (om het belangrijkste niet te vergeten) een koelkast voor mijn Palmpjes, ehh…sorry, ik bedoel voor Ida’s rosé natuurlijk, ander krijgen jullie misschien wel het idee dat ik enigszins tamelijk nogal egoïstisch ben ingesteld en dat ben ik - al zeg ik het zelf - beslist niet.
Als je deze opsomming leest, zul je wellicht opmerken: “Dan kun je toch net zo goed thuis blijven.”.
Tja, eigenlijk wel maar dat eenvoudig en simpel ingerichte stulpje herbergt eigenlijk nog een ietsje-pietsje meer……. zoals een sauna, een stoomcabine, een bubbelbad en zo'n sandwich-bruiner. Kortom LUXE wat ik thuis niet heb. ;-)

Snel heb ik dat per internet besproken en meteen een bevestiging van gekregen.

In 1e instantie deed mij die snelheid van die bevestiging verbazen, maar achteraf logisch eigenlijk toen ik de prijs had gezien wat ik effe snel moest ophoesten. Ik ben en blijf een gierige Hagenees, dus dat was wel even slikken. En het was maar goed dat ik op een bureaustoel zat waarin ik aan nagenoeg alle kanten werd ondersteund, waardoor werd voorkomen dat ik op de grond zou pletteren. Maar voor Ida heb ik alles over. En ja, ik moet toch ergens op of over kunnen zeiken.

Omdat het een 4-persoons huisje betreft en wij weten dat onze schoonzoon verzot is op elke vorm van luxe, hebben wij onze schoonzoon en dochter voor het eerste weekend uitgenodigd. De heenreis op de vrijdag zullen wij dus met ons vieren afleggen. We reizen met twee auto’s want ons aanbod -zoals ik al had gezegd- geldt uitsluitend voor het weekend en omdat zij niet van reizen met een trein houden, zullen ze met eigen auto's moeten.

Van eerdere bezoeken aan Texel weet ik nog dat ik in Noord Holland normaliter over een tweebaansweg naar Den Helder rijdt. Mijn schoonzoon heeft echter een (aangeboren?) aversie tegen tweebaanswegen. Dat gaat hem niet snel genoeg, dus stelt hij mij voor om de A10 en de A7 te nemen, want dat schiet beter op!.
Nu zeggen wegnummers mij geen ene bal, dus weet ik ‘bij Jupiter of Thor’ niet welke weg hij bedoelt en geloof hem dus op zijn woord. Hij kan dat op zijn Tomtom (de Luxe natuurlijk!!) in programmeren, dus van mijn kant geen bezwaar. Ik volg hem wel.

De day before...

Het is donderdagmiddag vijf uur. Lekker naar huis; morgen vroeg de auto in- en opladen en hupsakee weg. Ja, dat had ik dus gedacht, want zoals gewoonlijk beslist het lot weer eens iets anders.
Ik schijn een stevige relatie te hebben met een zekere Murphy, althans met die wet van hem ‘
Anything that can go wrong, will go wrong’.
Volgens mij heb ik het ooit al eens verteld, maar op het gevaar af om vervelend te worden, doe ik het toch nog een keer. Als ik iets regel dan wel organiseer, dan komt er altijd iets tussen waar ik geen rekening mee heb gehouden of mee kon houden. Én zo ook nu weer.

Mijn schoonmoeder belt op; is 82 jaar en heeft macula degeneratie (oogziekte). Ze moet morgen, nota bene onze eerste vakantiedag, voor een ooginjectie naar het ziekenhuis. Daar wordt eerst haar oog gedruppeld en krijgt daarna de injectie. Maar na die injectie ziet ze geen fluit (in ieder geval een heel stuk minder dan dat ze daarvoor al kon zien). Of  Ida haar wil begeleiden. De tijd dat ze bij de dokter moest zijn is vroeg in de middag en wel om 13:30 uur. Zo’n vriendelijk verzoek kan Ida natuurlijk niet afslaan en zeker niet die van haar moeder. Gelukkig wordt mijn schoonmoeder nu behandeld in het enige ziekenhuis dat Zoetermeer rijk is, dus daar hoeven we niet zo ver voor te rijden. Wel wordt dat morgen een ietsiepietsie later vertrekken dan gepland. Een kleine 2 uur dus….(zucht!!!).

Ida heeft voor de zekerheid nog even de receptie van het vakantiepark gebeld tot hoe laat ze daar nog aanwezig zijn. Zeker tot 19:30 uur, kreeg ze te horen.
Mooi, makkie dus, want volgens Google Maps duurt zo’n reis (inclusief oversteek met veerboot) ongeveer 2,5 uur. En vanaf 14:15 uur houdt dat in dat wij er om ongeveer 17:00 uur, hooguit om 17:30 uur zullen zijn.
Snel nog even de kinderen, die uit Rijswijk moeten komen, ingelicht over de iets uitgestelde vertrektijd zodat zij iets later naar ons komen rijden.

De dag van vertrek…

Het loopt tegen de middag. Ik heb de auto op mijn makkie kunnen inladen en de fietsen achter op de Twinny Load geplaatst. Ook even gecheckt of de verlichting van de Twinny nog werkte en dat was gelukkig het geval. Kort daarna naar schoonmama en direct door naar het Lange Land Ziekenhuis. We waren er ruim op tijd, dus laat de arts maar haar werk doen...

Wat een naam eigenlijk voor een ziekenhuis. Waarom er ‘Land’ in de naam voorkomt, weet ik niet. Maar inmiddels ben ik er wel achter gekomen waarom er ‘Lange’ in de naam voorkomt.

Zoals we (wellicht) allemaal al eens hebben mogen ervaren, blijkt een afspraak (met welke arts dan ook) altijd maar een tijd van benadering te zijn. In dit ziekenhuis zorgen ze er wel voor dat je (vooral heel ruim) op tijd aanwezig bent, dus ook in dit geval. Het loopt @#$%^& maar een kleine 1,5 uur uit. Puff, puff, rustig Huib. Kalmte kan je redden.
En nu weet ik ook gelijk waarom ‘Land’ in de naam van het ziekenhuis voorkomt, want wat had ik er danig het ‘land’ in dat het zo verschrikkelijk lang duurde.

We konden moeders om 15:15 uur bij haar thuis afzetten. Daarna snel huiswaarts gekeerd, want daar staan de kinderen vast met smart te trappelen van ongeduld.

Wat ik tijdens zo’n rit naar huis dan zo frappant vind, is dat als ik haast heb ik ook sterk het idee krijg dat elk stoplicht mij persoonlijk wilt begroeten en daardoor in mijn beleveniswereld dan ook terecht stoplichten heten.
Tussen de woning van mijn schoonmoeder en ons huis staan er welgeteld 6 stoplichten en al die stoplichten, maar dan ook geen één enkele uitgezonderd, wilden mij op deze rit spontaan en persoonlijk begroeten. Ik kon mijn geluk niet op, zal ik maar zeggen.
Ik stress?? Hoe kom je erbij? Ik was de vrolijkheid zelve. Ik ben zelfs gaan zingen; eigen gecomponeerde psalmen en gezangen zal ik maar zeggen. Weliswaar ongeschikt voor in een echte kerk, maar het luchtte toch een beetje op.

Achteraf dacht ik, had ik maar zo'n scoringskans bij de staatsloterij als dat ik bij stoplichten heb. Maar daarmee heb ik nooit de pech dat ik in de prijzen val. Ze zeggen wel ‘Ongelukkig in het spel, gelukkig in de liefde!’ en dat gaat gelukkig in mijn geval wél op, maar dat terzijde.


Nu even terug naar mijn relaas.

Toen we eindelijk thuis arriveerden, zijn we na een hartelijke begroeting met de kinderen maar meteen op weg gegaan. Even voor half vier draaien we bij Leiden de grote weg op richting Schiphol. En ja hoor, geweldig; hoe is het mogelijk; heb ik weer.
We komen meteen in de file te staan, ver voordat de weg uit drie banen gaat bestaan. Het eerste half uur zit ik me werkelijk op te vreten; het ziekenhuis (en anderen) lopen te vervloeken en menige keren heiligen aangeroepen, totdat ik (de weg bestaat inmiddels uit 3 banen) aan het begin van een soort tunnel - zo'n 30 auto’s voor mij - een fel rode Suzuki Swift zag. Ik was gelijk afgeleid van mijn tirade want buiten die felle kleur intrigeerde het switch-gedrag van die bestuurder mij. Nadat ik de auto - voor zover ik deze in het vizier had - welgeteld zo'n zes keer van baan had zien veranderen, reed deze uiteindelijk naast mij. Ik keek naar de chauffeur, wat een chauffeuse bleek te zijn en dacht voor mij doen heel mild: “Goh.. leren ze op de Antillen zo auto rijden?”.
Beslist niet(?) rot bedoeld maar als je steeds van baan verandert, heb ik toch het idee dat het de bedoeling is dat je sneller voorin de file wilt komen te staan, in plaats van steeds verder naar achteren. Besef nu dat ik toch nog wat aan mijn culturele kennis moet gaan sleutelen, maar dat komt nog wel eens.

Inmiddels zijn wij voorbij Roelofsarentsveen gekomen en wordt het weer een tweebaansweg! En gek genoeg, vanaf daar kunnen we weer gewoon op tempo rijden.

Je vraagt je af wat men bezielt heeft om een deel van een 2-baans snelweg 3-baans te maken, om er naderhand weer 2 banen van te maken. Dat laatste waarschijnlijk omdat je anders met die 3e baan in de knel komt bij het aquaduct. Moet toch een soort hersenloos wezen zijn geweest die zo iets kan uitdenken, of iemand die de pest heeft aan mensen die wel voor hun rijbewijs zijn geslaagd.

Maar goed, de reis gaat vanaf daar voorspoedig en wij tuffen met gezwinde spoed (zo te zien) op naar de rondweg om Amsterdam. Daar komen we om ongeveer half zes aan.

Mijn humeur, die bij de vorige file bijna op het nulpunt belande en in de rit daarna weer wat was opgekrabbeld, zakte nu in een heel waanzinnig tempo ver, maar dan ook heel ver onder het nulpunt.
Dit is eigenlijk ook niet het juiste tijdstip om op de rondweg bij Amsterdam aan te komen. Buiten het feit dat je in de file staat, proberen legio (niet)Amsterdammers de deuken in je spatborden te rammen.

Op dat moment krijg ik sterk het idee dat ik op een kermis ben beland en daar in één van de botsautootjes zit. Ik vind het nu niet gek meer dat er zoveel ongelukken gebeuren. Als je voor je fatsoen een gat open laat (waar naar mijn schatting maar 2 auto's in kunnen ritsen) en ze daar meteen met zo'n 6 tot 7 auto's in rausen, dan moet je wel een beschermengel op je schouder hebben zitten om daar heelhuids en zonder schade uit te komen. Ik heb dus een paar keer rap boven op mijn remmen moeten staan, waarbij ik hoopte dat mijn achterligger nog achterligger bleef en niet voor aanhanger ging spelen door mijn fietsendrager als trekhaak te gebruiken.


Ik heb ooit wel eens over zelfmoordpiloten gelezen, maar nooit echt een voorstelling van kunnen maken. Nou, dáár heb ik de eer gehad om er enkele recht in de ogen te mogen en kunnen kijken. En sorry dat ik het zeg, maar vrouwen zijn - wat mijn ervaring bij Amsterdam betreft - het ergste soort wat je op zo’n moment op een weg kan tegen komen.


Neem nou dat mens, die (hoe kan het ook) een poging bij mij waagde. Ze heeft ca. 3 km de de mogelijkheid om op de snelweg in te voegen. Die afstand moet je eigenlijk in tweeën delen; 1,5 km oprit (vanuit Amsterdam) en 1,5 km afrit (richting Hoorn). Pas op het moment dat ze eigenlijk met de afrit mee moet draaien (omdat de afrit zich echt afscheidt van de snelweg), maar nog net voor de vluchtstrook begint, kachelt zij (zonder blikken of blozen en star recht vooruit kijkend) met haar gammele koekblik schuin op mijn rechter spatbord en voorwiel af er blind van uit gaande dat ik geen schade wil en haar er daarom tussen laat.


In dergelijke situaties delf ik meestal al bij voorbaat het onderspit, omdat ik ehh.... Ida naast me heb zitten. Die begint dan (vooral luidkeels) te beargumenteren, waarom ik niet tegendraads moet doen. Omdat ik meestal op zo'n moment geen zwaarwegende tegenargumenten heb én een eventuele impact meestentijds aan haar kant gaat plaatsvinden, volg ik dan heel braaf haar orders op.

Maar in dit geval bleek Ida met stomheid geslagen. Haar stembanden weigerden dienst te doen en ik zag dus eindelijk eens mijn kans schoon, gna, gna, gna. Dat mens was mij op 15 cm genaderd, waarop ik even een klein rukje aan mijn stuur naar recht gaf en daarbij genadeloos op mijn claxon drukte.

Nou, van mijn claxon raakte ze niet echt van onder de indruk en de eerlijkheid gebied mij om te zeggen dat ik er ook om zou hebben moeten lachen. Het geluid klonk alsof een bejaarde een boer (of iets anders) liet. Niet echt indrukwekkend, dus. Maar van mijn stuuractie had dat mens even niet terug. Ze keerde dus fluks terug naar - in dit geval - de vluchtstrook want zoals ik al eerder aangaf, was de afrit zogezegd al een gepasseerd station. En als ze een kustgebit zou hebben gehad, zou die spontaan haar broodmolen hebben verlaten en heftig op haar dashboard hebben liggen na te klapperen.


Maar zij kon deze nederlaag niet echt verkroppen, of te wel kon ze (volgens mij) gewoon niet omgaan met teleurstellingen, dus waagde zij meteen een nieuwe poging om mijn voorwiel te enteren. En tot mijn stomme verbazing (en vreugde) gaf Ida nog steeds geen krimp, dus… yes.


Nu scheelde het echt een haartje. Die semi-kamikaze nu bleek van schrik, Ida nog steeds met stomheid geslagen (maar wel met wijd open gesperde ogen) en ik knalrood (waarschijnlijk door mijn bloeddruk en verhoogd andrenalinepeil).

Ze keek mij nu voor het eerst recht in mijn ogen aan en als blikken echt konden doden, vierde ik nu feest in de hel (waar ze mij ongetwijfeld ook naar toe heeft gewenst).

Maar een derde poging durfde ze niet meer te ondernemen. Aan het gepruttel van haar auto te horen, gaf ze een stamp gas en ja hoor, een zestal auto’s verderop probeerde zij met haar hoestbui op vier wielen een nagenoeg nieuwe Mercedes te torpederen, waarbij ze meer succes boekte dan bij mij.


Op dat moment kwam Ida weer bij haar positieven (ontwaakte uit een trance?) en stelde met vrij hese stem vast dat er zo te zien meer patiënten zich buiten het gekkenhuis bevinden, dan er in. Waarop ik minzaam ja knikte.


Uiteindelijk zijn we via de A7 (ik weet dus nu waar die ligt) naar het noorden gereden. Maar helaas voor mijn schoonzoon gaat die snelweg bij de afsluitdijk voor de richting Den Helder over in een tweebaansweg ;-)


Om kwart voor zeven arriveren we bij de pont naar Texel en.. tada.. de pont gaat om 19:00 uur. We gaan het park nog op tijd halen.

Nadat voor de overtocht was betaald, reden we naar de parkeerrijen. Maar die stonden al helemaal vol met auto's met aanhanger, waarop catamarans prijkten. Halverwege de schuine oprit naar de parkeerrijen moesten we onze auto's stilzetten. Navraag leverde op dat dit weekeinde de ronde van Texel voor catamarans werd gevaren, vandaar die drukte. Hierdoor waren wij er al geestelijk op voorbereid dat wij met de pont van 20:00 uur over zouden varen en dus te laat zouden aankomen. Hoe is dat toch mogelijk dat zoiets mij kan overkomen?

Maar wat blijkt, ze hadden vandaag i.v.m. die catamaran-race, de grootste veerboot ingezet, waardoor we uiteindelijk toch nog met die van 19:00 uur mee konden. Hé, hé, zat er tenminste toch nog iets mee.
De overtocht zelf duurde ongeveer 10 minuten en daarna nog 15 minuten rijden om ons bij de receptie van het vakantiepark te kunnen aanmelden. Met de sleutel naar het huisje, snel de bedden opgedekt, koffers uitgepakt, een bakkie gezet en op de bank neergeploft. Poe, poe, het was me een dagje wel.
Maar goed dat we over de A10 en A7 zijn gegaan. Ik heb nu wel gemerkt dat zo’n reis over de snelweg een stuk sneller gaat dan over die tweebaansweg en mij ook nog eens een stuk minder stress oplevert.
Maar ik weet nu al dat ik op de terugweg toch wel weer die tweebaansweg neem. Ik heb uiteindelijk geen Tomtom, dus dan maar iets minder snel thuis.

Yes, morgen is er weer een nieuwe dag. Kan ik lekker op het strand uitwaaien en dan echt tot rust komen, als het niet regent...
 
 

[Top]