Puffin' in Shetland
Het is niet de eerste keer dat een terloops geplaatste opmerking van collega Michel Weeber verstrekkende gevolgen had voor mijn leven. In 1993 maakte hij de opmerking:’ We zitten hier op een ICT afdeling, het moet toch mogelijk zijn om ’s morgens bij het opstarten van de PC de jarigen van vandaag door te krijgen? Het programmaatje dat ik in Quickbasic voor hem in elkaar flanste, leidde een jaar later tot de oprichting van het roemruchte en na 10 rijke jaren inmiddels weer ter ziele zijnde ‘Nice SoftWare!’.

Een jaar of wat geleden maakte hij mij lekker met de opmerking, Ben, ik heb op de camping in Frankrijk heel leuke Schotse mensen ontmoet! De verleiding was te groot, waar wonen ze, vroeg ik gretig. Aviemore, ken je dat? Ja natuurlijk, dat ligt zo’n 35 mijl ten zuiden van mijn Schotse thuishaven Inverness. Datzelfde jaar nog stond ik bij de familie Bell aan de deur met een brief en cadeautjes, courtesy of Ankie and Michel Weeber from Holland.

Malcolm en Moira Bell en hun twee zonen, Fraser en Gavin,  werden zo ook mijn vrienden en ieder jaar als ik naar Inverness ging, stond een bezoek aan de Bell’s bovenaan de agenda. Als je vrienden hebt in de Schotse Hooglanden dan zijn dat vrienden voor het leven. Ik denk dat als je echt er vanaf zou willen, je ze operatief zou moeten laten verwijderen.

Malcolms werk,  inspecteur bij de Northern Constabulary, heeft hem 3 jaar geleden in Shetland doen belanden waar de familie Bell zich uitstekend thuis voelt. Maar ja, het is wel een beetje uit de richting, 14 uur varen met de boot van Aberdeen of ruim een uur vliegen met een Saab City Express propeller ding met max. 37 stoelen. De airstrip Sumburgh Shetland heeft zijn beperkingen, de landingsbaan is kort en Shetland heeft niet veel vlakke grond waar je een airstrip zou kunnen aanleggen. De Bell’s waren even buiten bereik voor een paar jaar.

Maar daar namen de Bell’s geen genoegen mee, komen joh, waar blijf je? Op maandag 17 mei was het zover. Met British Airways via Londen en Aberdeen naar Shetland gevlogen voor een midweek bij de familie Bell in Quendale, gelegen op het zogenoemde South Mainland van de Shetland Islands.

Malcolm en Moira hebben een zeer ruime vrijstaande woning, vlak aan Quendale Bay met uitzicht op Fair Isle, een ornithologisch paradijs met 300 verschillende soorten vogels.

Het eerste wat je opvalt in Shetland is de altijd aanwezige wind, die ongehinderd over honderden kilometers zee met volle kracht over Shetland dendert. Malcolm brengt me naar Sumburgh Head, het meest zuidelijke punt van Shetland waar je boven op de rotsen staat en naar de kolkende zee kan kijken die 100 meter beneden je met razend geweld tegen de rotsen beukt. Malcolm brengt ons met de auto tot vlak bij de klif waar de Atlantic Puffin woont, zodat we niet ver hoeven te lopen.
Atlantic Puffin
Als ik uit de auto stap wordt het verschil duidelijk tussen kijken naar de natuur in het echt of naar Animal Planet thuis op de bank met een pilsje en een zak chips. Een nieuwe dimensie van kou en wind verandert passief kijkgedrag in ‘active birdwatching’. De wind rukt aan mijn kleding en vindt moeiteloos alle zwakke plekken in de verdediging.
Ik ben duidelijk te dun gekleed en wil liever weer terug naar de car, maar ja, eerst die Puffins zien. Op de rand van de klif staat een stenen muurtje zodat onfortuinlijke birdwatchers niet meteen 100 meter naar beneden in de ziedende zee pletteren. Ik kijk naar beneden in de inham waar zeemeeuwen in de rotswand heerlijk liggen te maffen op 5 cm rots met hun snavel onder de vleugels.
En daar is zowaar een Puffin in volle vlucht. Het valt me op dat de Puffin maar klein is, misschien net zo groot als een duif. Ik kan door de wind bijna niet overeind blijven staan en mijn bril waait bijna van mijn hoofd maar het is duidelijk dat de Puffin in zijn element is. Er staan nog meer birdwatchers aan de kant die de Puffin aanmoedigen met bewonderende kreten als het dier bewijs geeft van zijn vliegvermogen. Malcom en ik zijn het met elkaar eens, deze Puffin weet dat er publiek staat en ‘is really showing off big time, a real poser of a Puffin!’. Later in een souvenir winkel in de hoofdstad Lerwick koop ik een beeldje van een Puffin, mijn held, klein maar dapper.

Woensdag is mijn vaste loopdag en loop ik in de door CFI verstrekte loop uitrusting 7 mijl rond Loch Spiggie. De eerste 3 mijl tegen de wind in heuvel op is lastig en kom niet in mijn ritme. Voorbij het 3 mijl punt krijg ik wind mee en gaat het heuvel afwaarts. Ik voltooi de 7 mijl in 1 uur en 10 minuten (puf, puf, who’s puffin?)
Moira Bell geeft mij in de resterende dagen een uitgebreide tour rond Shetland. Het is duidelijk dat Shetland weliswaar ver van het vaste land is verwijderd maar het is bepaald geen achtergesteld gebied. De offshore olie industrie heeft veel rijkdom naar Shetland gebracht. De huizen zijn allemaal groot en vrijstaand en in prima staat van onderhoud. Men rijdt in de nieuwste auto’s rond en er is goede werkgelegenheid. Er zijn moderne zwemparadijzen, gemeenschaphuizen en prima sport accommodaties.
De infrastructuur is goed en veel van de eilanden zijn met vaste brugverbindingen met elkaar verbonden of er zijn ferries die je overzetten. De wegen zijn wel erg smal en je moet niet benauwd zijn om een auto tegen te komen,  want soms moet de een of de ander
achteruit naar een passeerplaats, anders kom je er echt niet langs. Wandelen en fietsen gaat daar uitstekend en volgens de officiële Shetland brochure houden de automobilisten allemaal goed rekening met langzaam verkeer, ahem (forget it).

In een poging om mij ook de verste uithoeken van Shetland te laten zien rijd Malcolm zijn transmissiebak aan barrels op een stuk steen op de weg, de olie loopt er met bakken uit.. ‘That’s our car out of commission’ zegt Malcom. ‘Nee bother’ zegt Moira en verklaard een helikoptervlucht gewonnen te hebben voor zichzelf en een introducé. Ga je mee  Ben?
Uuhhh, volgend jaar maar Moira, if it is all the same to you. Coward, sist Moira tussen haar tanden, next year it shall be! Mooi, ik sta liever met mijn benen op de grond dan in een helicopter in die turbulente Shetland atmosfeer.
Jarlshof
Er schijnen al 4000 jaar mensen gewoond te hebben in Shetland, getuige de vele archeologische vindplaatsen. De familie Bell woont vlak bij Jarlshof waar ieder jaar  geleerde mensen uit Londen komen, gekleed in Anoraks en uitgerust met troffeltjes en kwastjes om overblijfselen uit de grond halen.

Vanaf september laten veel mannen hun baard staan om eind januari het Noorse festival ‘Up-Helly-Aa’ te vieren. De mannen gaan dan gekleed als viking om dit vuurfeest te vieren wat het einde van de lange winternachten aankondigt. Op het hoogtepunt van het feest wordt er een replica van een Viking boot in lichterlaaie gestoken. Tot zo’n 600 jaar geleden was Shetland nog Scandinavisch totdat een Deense koning de eilanden meegaf aan zijn dochter als onderpand voor haar bruidschat bij haar huwelijk met James III. Aangezien Bergen in Noorwegen maar 360 km naar het Oosten ligt, weten de Scandinaviers Shetland nog steeds te vinden als vakantieoord en woonoord.

Door de ligging op 60 graden Noorderbreedte gaat in de zomer de zon nauwelijks onder en kun je buiten in het avondlicht gewoon de krant lezen, dit verschijnsel heet in Shetland ‘Simmer Dim’.
Er zijn heel veel stukken strand in Shetland die je helemaal voor je zelf kan hebben maar het weer moet wel meezitten. Eerlijkheid gebied met te zeggen dat Shetland vorige week de warmste plek in de UK was. De temperatuur steeg tot een duizelingwekkende hoogte van 20 graden terwijl in Londen, 1000 km zuidelijker, de thermometer op 9 graden bleef steken.

Een strandbal zou ik zeker niet meenemen. Die waait in 1 keer door naar Noorwegen. Volgens Henry van den Brink ben je met die harde wind beter gebaat met een sleepanker! Sommige mensen vinden het weer een van de nadelen, maar ik denk dat het juist een van de betere kanten van Shetland is.
Voor dat weer kun je je kleden, met 45 graden bloedhitte in Griekenland of Turkije kun je alleen maar voor pampus aan een zwembad liggen of je in een hotelkamer met airco opsluiten. Nee, geef mij maar Shetland, tijdens een regenbui verzuchtte ik: hield het maar op met regenen. Ik werd op mijn wenken bediend, het ging hagelen. Mijn CFI parapluutje uit een of ander kerstpakket heb ik maar in de koffer laten zitten, Shetland had er korte metten mee gemaakt.

Ben Kalkhoven 23 mei 2004

 
[Top]