dag 1 1 juli 2014:

Het was erg wennen om weer voor het eerst in tijden vroeg op te moeten staan. Om 8:40 was ik bij Toyobo en werd ik ontvangen door mijn supervisor Natsuki Yasuda-san. Zij gaf mij een korte rondleiding door SCT. Dit is de afdeling waar ik werkzaam zal zijn gedurende de eerste twee maanden bij Toyobo. Na deze rondleiding ben ik een startgesprek aangegaan met Yasuda-san als supervisor. We hebben besproken dat ik een geheimhoudingscontract zal tekenen betreffende de technologieën en werkzaamheden van Toyobo. Daarnaast heb ik een pas ontvangen om gebruik te kunnen maken van de kantine (op kosten van Toyobo) en een security pas om vrij door het gebouw te kunnen bewegen. Ik vroeg haar ook om hulp voor het regelen van mijn visa. Yasuda-san regelde dit direct telefonisch en zei dat ik hier nog bericht over zou krijgen.

Toen alle formaliteiten geregeld waren vroeg Yasuda-san of ik nog vragen had. Aangezien ik vond dat ik nog wat kennis miste, vroeg ik of zij mij een korte geschiedenisles kon geven over Toyobo. Tijdens deze geschiedenisles vertelde zij mij ook welke taken ik ga verrichten in Toyobo. Ik zal allereerst twee maanden werkzaam zijn op de afdeling SCT. Dit is een verkoopafdeling waar ik persoonlijk naar de klant zal gaan met collega’s. Mogelijke taken hier zijn dan: vertalen van Japans naar Engels, het bijhouden van notities over wat er besproken is en het adviseren van de klant naar aanleiding van de kennis die ik heb opgedaan bij TMA. Ik was heel blij dat ik na deze uitleg gelijk een business card ontving met mijn naam erop en mijn functie bij Toyobo. Business cards en het uitwisselen ervan is een belangrijk ritueel in het zakenleven in Japan. Tijdens de derde maand zal ik kort werken op de afdeling Logistiek. Hier zal ik voornamelijk bezig zijn met het bijhouden van Excel en het verwerken van orders. Gedurende mijn laatste maand zal ik werkzaam zijn bij de afdeling Marketing. Hier sta ik collega’s bij tijdens hun taken. De precieze werkzaamheden van deze functie zijn mij nog niet bekend.
Ik denk dat als ik deze werkzaamheden tot een goede einde breng, dat ik kan werken aan vele beroepscompetenties van TMA. In de eerste maand zal ik bijna non-stop op business trips gaan. Gedurende deze trips reis ik elke dag met een andere collega van de afdeling zodat ik makkelijk contact kan maken met mijn collega’s.

Na de uitleg zijn wij gaan lunchen en vervolgens heb ik alle belangrijke collega’s van de afdeling ontmoet. Dit leidde tot het uitwisselen van ongeveer 15 business cards, en alhoewel ik normaal goed ben in het onthouden van namen was het hier voor mij toch nog lastig. Elke collega die ik ontmoette gaf mij een korte uitleg van zijn werkzaamheden en wat dit voor het bedrijf betekende. Ook werd er uitgelegd met wie ik waar naartoe ging en waarom. Om 6 uur ging ik vermoeid naar huis met een hoofd vol informatie en een hart aan ervaringen rijker.

Dag 2 2 juli 2014:

Vandaag ben ik met Oshima-san naar Mr. Shigeyuki gegaan. Mr. Shigeyuki is de factory manager en director van Yamayo Jersey. Hier kreeg ik te zien hoe een Japans gesprek gevoerd wordt in de zakenwereld. Opvallend was dat er eerst uitgebreid een uur werd besteed aan een persoonlijk gesprek waarvan beide deelnemers ongeveer 80% lachde. Het Japans wat gesproken werd was een combinatie van Osaka dialect en Wakayama dialect en het ging erg snel. Op een gegeven moment gaven mijn hersens op met het vertalen en heb ik lekker genoten van mijn koude drankje. Tijdens het gesprek heb ik vooral steekwoorden onthouden waarvan ik zeker wist wat de betekenis was. Zo heb ik toch redelijk een idee gehad waar het gesprek over ging. Omdat ik halverwege het gesprek Mr. Shigeyuki lachend heb horen praten over “battingu” (hierbij dacht ik aan baseball batting). Aan het einde van het gesprek zei ik: “als Mr. Shigeyuki van batting houd, laten we dan samen naar een batting center gaan”. Hierom moesten ze allebei lachen en legde ze uit dat dit een hele andere batting is. Batting is als Toyobo hun goederen verkoopt aan bedrijf A en bedrijf B terwijl die beide bedrijven allebei hun goederen doorverkopen aan bedrijf C. Hierdoor moeten bedrijven A en B hun prijzen aanpassen omdat ze moeten concurreren met elkaar. Dit betekent vervolgens dat Toyobo minder kan ontvangen van bedrijven A en B. Omdat dit voor iedereen in de keten slecht is, vraagt Toyobo altijd eerst “met wie doet u zaken” voordat zij hun goederen verkopen aan een klant.

De meest interessante culturele les die ik geleerd heb is dat iedereen tegenover de klant moet zitten en naast de collega’s. Zo heb ik deze dag nog wel eens van stoel gewisseld voor ik doorhad hoe dit nou precies werkte. Als er drie stoelen links staan en drie stoelen rechts, en jouw drie collega’s zitten rechts dan mag en moet je een stoel van links meenemen naar rechts zodat je met zijn vieren kan zitten tegenover de klant.
In de avond ben ik met Oshima-san naar een ramen restaurant gegaan waar wij lekker hebben kunnen eten. Hij trakteerde mij op zowel het eten als op zijn verhalen. Met name vond ik zijn verhalen over de Sengoku jidai ( de Japanese samuraitijd) interessant. Hij vertelde dat vroeger de samurai oorlog maakte met elkaar om land en dat zij hun rijstboeren gebruikte om op oorlog te gaan. Maar hierdoor kon er elk jaar een halfjaar niet gevochten worden omdat er dan rijst geoogst moest worden. De revolutie van Oda Nobunaga was een belangrijk verhaal over Oda Nobunaga die geld gebruikte om soldaten te kunnen betalen. Hij maakte een onderscheid tussen rijstboeren en soldaten. Doordat hij die soldaten betaalde konden zij vechten tijdens het rijstseizoen. Hierdoor heeft hij een groot deel van Japan kunnen overnemen.

Dag 3 3 juli 2014:

Vandaag ben ik met Hashimoto-san, Iwatani-san en Takahashi-san naar Imabari Towels geweest. Hier heb ik gezien hoe handdoeken gemaakt worden. Voor het eerst heb ik in de Shinkansen gereden. In de avond zijn we gaan drinken en hebben we karaoke gedaan. De restaurants waar we naar gingen en het hotel waar we verbleven waren van hoge klasse. Toen we naar bed gingen werd er gezegd hoe laat ik de volgende dag op moest staan. Toen ik echter later voor mijn deur stond dacht ik opeens:”wacht….was het nou acht uur op of negen uur op”? Ik had de wekker op 8 uur gezet en ging naar bed.

Dag 4 4 juli 2014:

In de ochtend werd ik om 7:55 wakker gebeld. Het was dus toch 8 uur. Ik kleedde me snel aan en ging naar beneden maar ik was 5 minuten te laat. Ik kreeg hierover een lichte opmerking van “tijd is belangrijk” maar ik voelde meer dan alleen een lichte opmerking in de sfeer zitten. In de auto wlater kwam het weer naar voren dus op tijd zijn is wel echt heel erg belangrijk. Voortaan eerst maar afchecken hoe laat iedereen gaat ontbijten en dan ruim op tijd opstaan.
Overdag heb ik gezien hoe bedden en kussens worden gemaakt. Ik zag een speciale design voor een kussen en de manager vertelde dat hij moeite had om deze kussens te verkopen. Ik zag wel potentie in de kussens dus ik vertelde hem dat ik eens rond zou kijken in NL voor potentiële klanten. In de avond was er een business uitje. We gingen drinken en er werd een tafeltennis toernooi georganiseerd. Iedereen vertegenwoordigde een land. Als vertegenwoordiger van NL kon ik natuurlijk niet verliezen en ik blijf winnen. Iedereen was onder de indruk van het Nederlandse tafeltennis. In de finale verloor ik met 9-11 tegen de vertegenwoordiger van China. Dit vond ik ook weer typisch Hollands. Wel de finale halen maar niet winnen.

Dag 5 7 juli 2014:

Vandaag ging ik tot 1 uur op het werk alles regelen van geld terug reiskosten. Ik heb T-shirts samples gemaakt voor Bob-san. Daarna ging ik naar Kuise en werd ik rondgeleid door gebouw dat Cleaning deed voor hotels, restaurant en pharmaceutische bedrijven. Nieuwe machine die warmte en water recycled voor flinke kostenbesparing van 35%, terugverdientijd is slechts 2 jaar. Morgen naar Tokyo!

Dag 6 8 juli 2014:

De dag begon licht traumatisch. Om half negen hadden “Bob” Fuji-san en ik afgesproken op Shin-Osaka station van waaruit wij naar Tokyo zouden gaan. Hij had mij een map gegeven van het station met de plek aangeduid waar we elkaar zouden ontmoeten. Mijzelf kennende wist ik dat ik verschrikkelijk ging verdwalen en ik kwam 20 minuten eerder om goed te kunnen zoeken. Het was een erg groot station en ingewikkeld en na 15 minuten zoeken was ik nog steeds nergens. De borden die normaal aangeven waar de exits zijn gaf nu alle exits aan behalve degene die ik nodig had. Ik ging zoeken naar een “public pay-phone” om Bob te bellen dat ik verdwaald was. Erg populair moeten deze niet zijn want na nog eens 10 minuten vond ik er geen één (ondanks aanduidingen van enkele japanners). Uiteindelijk heb ik mijn trots maar even tijdelijk opzij gezet en ben ik een winkel binnengaan. Ik smeekte om hun telefoon te gebruiken tegen vergoeding. Als resultaat kon ik niet alleen gratis gebruik maken van hun telefoon, ze namen zelfs de telefoon over ondanks de drukte van de winkel om goed uit te leggen aan Bob waar ik precies was. Japan blijft me soms verbazen met hoever mensen gaan om iemand te helpen.

Daarna ben ik met de shinkansen naar Nagoya geweest om een vaste klant van Bob te ontmoeten. Bob had echte spirit getoond tijdens het bezoek aan de klant. Na lang onderhandelen lukte het hem om een product te verkopen, een T-shirt dat zweet absorbeert en de geur neutraliseert zodat men veilig hun business shirts kunnen dragen op een hete dag. Opvallend was dat hij na de verkoop bleef doorgaan tot de klant uiteindelijk drie producten had gekocht!


In de avond ben ik met Bob-san, Kawase-san, Sato-chan en Tokuyama-san uit eten geweest. Zij waren erg onder de indruk van mijn Japans en het was een hele gezellige avond. Mijn beleefde Japans was hier zo goed dat de restaurant eigenaars mij een aantal coupons gaven voor als ik terug zou komen. In de avond had ik problemen in mijn hotel omdat niks in mijn kamer elektriciteit had. Na lang zoeken en spelen ontdekte ik dat het licht alleen aangaat als je een stuk hout dat vastzit aan je hotelsleutels in mysterieus gat in de muur steekt. Zo leer ik elke keer toch wel weer iets nieuws.

Dag 7 9 Juli 2014:

Dit was de eerste volledige dag in Tokyo. De belangrijke klant van vandaag was Sano-sama. In Japan gebruiken veel mensen echte zakdoeken dus niet de zakdoekjes zoals wij die kennen. Deze zakdoeken worden vaak als volgt gebruikt: tijdens het eten op schoot of om de nek, om het zweet van het voorhoofd te vegen, om de handen te drogen na de wc. Deze klant maakte zakdoeken van hoog niveau. Na het gesprek nam hij mij mee naar een Japans visrestaurant waar ik voor het eerst levende vis op mijn bord kreeg. Toen de halve vis op mijn bord spartelde en mij aankeek met een blik van “dood….mij…” moest ik even slikken. Mijn uiterlijk was heel enthousiast en vol lof over de Japanse vis keuken. Ik merkte vandaag dat mijn persoonlijkheid steeds meer Japans word. Beleefdheid speelt zo een grote rol in dit land en ik ga nu dagelijks om met belangrijke klanten van hoog niveau. Ik voel een dankbaarheid richting mijn bedrijf en omdat ik hen niet voor schut wil zetten laat ik mij van mijn beste kant zien. Het is erg prettig om te zien hoe erg dit op prijs gezet word. Het meest trots was ik toen wij ons voorstelden en business kaarten uitwisselden en mijn begeleider zich verontschuldigde tegen de klant dat mijn Japans beleefder was dan zijn Japans.

Om te zorgen dat ik goed mee kan doen in een andere cultuur gebruik ik het advies dat ik op TMA geleerd heb. Ik kijk naar anderen en ik imiteer veel. Door dit vaak te doen wordt het automatisme. Voor mij is elke dag dat ik een klant ontmoet een nieuwe kans om te gebruiken wat ik de vorige dag heb geleerd. Maar voor de klant is het altijd de eerste keer dat zij een buitenlander als mij ontmoeten terwijl zij zaken doen met een puur Japans bedrijf. Elke klant reageert weer anders tegen mij doch altijd positief. De nieuwe dingen die ik geleerd heb doen dus elke dag wel iemand verbazen. Een voorbeeld hiervan is het eerst in de auto laten gaan van mijn begeleider zodat hij op de veiligste plek in de auto kan zitten (achter de bestuurder). Ik denk dat het erg moeilijk zal worden om over een aantal maanden dit land te verlaten en weer te integreren in Nederland.

Dag 8 10 Juli 2014:

Dit was misschien wel de dag dat ik het meest gereisd heb in Japan. Ik ben naar Harujuku geweest, een district van Tokyo dat erg modebewust is. Dit was ook meteen de plek waar ik de meeste buitenlanders heb gezien in Japan tot nog toe. Mijn begeleider vandaag was Ueda-san. Een wat oudere Japanner die waarschijnlijk erg graag zijn Engels wou oefenen. Ondanks dat ik veel Japans versta gebruikt hij voornamelijk Engels tegen mij. Omdat zijn Engels gebrekkig is maakt dit het soms juist lastiger. Mijn spreken kan nog zeker wel beter maar met verstaan heb ik geen problemen meer in normaal Japans. Alleen tijdens de business meetings, als er Japans word gebruikt merk ik dat ik nog problemen heb. Door jarenlang thuis Japanse Anime te kijken ben ik gewend aan het snellere Japans en het heeft de basis gelegd voor mijn Japans. Op de hogeschool Rotterdam heb ik officiële lessen gekregen in grammatica. Hier leerde ik de vormen die ik vaak instinctief al wist. Mijn vocabulaire was al aardig redelijk inclusief werkwoorden. Door de achtergrond te leren kon ik mijn werkwoorden veel beter gebruiken waardoor mijn taalvaardigheid in een keer vooruit schoot. In Kansai Gaidai heb ik de officiële beleefdheidsvormen geleerd en door mijn homestay bij een Japanse oudere dame uit Osaka heb ik Osaka-dialect geleerd. Het resultaat is nu dat ik goed Japans kan maar ik verbaas mensen soms met de woorden die ik gebruik. Soms praat ik ineens als een 80-jarige oude Japanner, soms gebruik ik spreekwoorden die niet meer gebruikt worden, een keer heb ik zelfs gesproken als een keizer van 2000 jaar geleden. Nu ik me bewust hiervan ben kan ik dit veranderen, maar ik merk dat de andere mensen het zo leuk en karakteristiek vinden dat ik besloot het te houden zoals het nu is. Mijn probleem is nu mijn vocabulaire, ik merk dat dit niet genoeg is op business niveau en daardoor kan ik de meetings niet altijd volgen.

Dag 9 11 Juli 2014:

Met Itadani-kun ben ik naar de marktleider geweest op het gebied van produceren van business kleding in Japan. Hier heb ik vooral veel van de logistieke kant gezien. Ook heb ik gezien op welke verschillen manieren business shirts worden ontworpen en gemaakt. Heel opvallend bij dit bedrijf was de Japanse cultuur. Er zijn tijden dat het rustig is bij dit bedrijf en tijden waar het heel druk is. Ondanks dit heeft het bedrijf tijdens alle tijden evenveel werknemers. Werknemers worden hier nooit ontslagen of minder ingezet. Als er geen werk is dan verzint het bedrijf wel iets qua werk. Als het druk is dan werkt iedereen hier keihard en worden werknemers flexibel ingezet om hoge prioriteit werkzaamheden eerst af te krijgen. Dit leek mij een goed voorbeeld van de “kaizen” mentaliteit. Het bedrijf streeft naar continue verbetering en doordat alle werknemers weten dat ze hun hele leven kunnen werken bij dit bedrijf creëert dit een wederzijds vertrouwen. Japanners zijn cultureel al harde werkers, maar hier helpen de werknemers het bedrijf en het bedrijf helpt zijn werknemers. Dit resulteert in zwaar gemotiveerde werknemers en een hele hoge arbeideffectiviteit.
Dennis Kalkhoven School assignment (Dutch)
Dag 10 14 Juli 2014:
Vandaag voelde sinds tijden alsof ik weer op school was. Ik kreeg uitgebreid les van Iwai-san over de verschillende materialen waar hun kleding uit opgebouwd is. Morgen is er een beurs waar ik mij op ga voorbereiden. Verder heb ik kleding gevouwen, gestreken en samples voorbereid voor de klanten morgen. Weliswaar geen spannende uitjes vandaag maar wederom een dag vol nieuwe ervaringen.

Dag 11 15 Juli 2014:
Morgen begint de beurs. Vandaag ben ik voorgesteld aan een nieuwe afdeling. Ik heb iedereen ontmoet en heb geholpen met het voorbereiden van de beurs. Door kleding te strijken, spullen te sjouwen, stands in elkaar te zetten en op te ruimen. Het was vooral een manusje-van-alles dag voor mij waar ik zoveel mogelijk mensen bijstond bij hun werkzaamheden.
Het was interessant dat ik voor het eerst weer een communicatiefout maakte. Een mevrouw die kleding op een mannequin aan het spelden was zei:"er zijn niet genoeg hari". Hari betekend naald dus zei ik dat ik nog wel hari had. Toen ik met een naald kwam keek ze me raar aan en het duurde even voor ze door hadden dat het een misverstand was. In dit geval betekende hari kennelijk ook de hardheid van kleding. En die was dus niet hard genoeg. Echter had het ook opgevat kunnen worden zoals ik deed, dat hari naald betekent. Normaal herken ik dit soort fouten sneller maar een naald nodig hebben als je kleding op een mannequin speld vond ik vrij logisch dus daar ging het mis.

Dag 12 16 Juli 2014:
De beurs was erg interessant om mee te maken. Ik heb met klanten kunnen praten en geprobeerd om onze producten toe te lichten. Het grootste gedeelte van de dag heb ik echter vooral met de vaste werkers meegelopen en gekeken hoe die het deden. In de avond ben ik met de president van Yamayo Jersey ( Mr. Shigeyuki) uit eten geweest naar een duur biefstukrestaurant. Het was erg lekker!

Dag 13 17 Juli 2014:
Dit was de 2e dag van de beurs. Ik heb meer klanten rondgeleid en ik heb receptiewerk overgenomen. Hier was het mijn taak om de klanten te groeten en bij weggaan te bedanken en een handdoek als cadeau mee te geven, daarnaast moest ik de administratie bijhouden. In de middag heb ik als designer gewerkt op de sport afdeling. Ik heb logo’s en merknamen bedacht en op internet gekeken of deze nog wel beschikbaar waren.

Dag 14 18 Juli 2014:
Op de laatste dag van de beurs heb ik weer geholpen bij de receptie. Aan het eind van de dag heb ik samen met Fujita-san opgeruimd. In de avond ben ik met Kawase-san, Bob-san en Nakajima-san naar een grote arcade geweest. Hier hebben we samen getafeltennist. Ik ben blij om te kunnen meedelen dat ik nu eindelijk gewonnen heb en 1e ben geworden.

Dag 15 22 Juli 2014: